Mijn eerste judowedstrijd

Let op: Zorg dat je voor het juiste gewicht inschrijft (dit is na sluitingsdatum meestal niet meer te veranderen). Geef altijd wijzigingen in gewicht zo snel mogelijk door aan info@erikverlaansport.nl. Als je te zwaar bent, kun je uitgesloten worden van deelname. U ontvangt maximaal de maandag voor het toernooi (op zaterdag/zondag) per mail de informatie hoe laat de judoka aanwezig moet zijn voor de weging of wanneer het toernooi start (bij randoritoernooien van Erik Verlaan Sport is er geen weging).
 

Soms werkt de organisatie met een poulesysteem. Dan judo je in ieder geval meer dan 2 wedstrijden.
Op grotere of belangrijke toernooien werken ze vaak met een afvalsysteem. Dat betekent dat zolang je wint je steeds verder komt. Verlies je 1 wedstrijd dan kom je in de afvalronde. Als je dan weer verliest, ben je klaar met judoën en kun je vaak naar huis.
Als je een prijs hebt gewonnen moet je wachten op de prijsuitreiking. Soms moet je daar wel lang op wachten! Maar dan heb je wel een mooie beker of medaille!

Eenmaal op de wedstrijd aangekomen krijg je van de coach soms een weegkaart (bij grote toernooien). Hierop staan jouw gegevens genoteerd (o.a. je gewichtsklasse, leeftijdsklasse, en je club). Dan ga je je eerst even omkleden (stop al je kleding in je tas en neem deze mee de zaal in) daarna ga je met je judopaspoort en je weegkaart naar de weging. Zorg dat je van tevoren naar de wc bent geweest (dan weeg je vast minder!). Het is de bedoeling dat je in je ondergoed gewogen wordt (jongens en meisjes apart). De mensen die achter de weegtafel zitten kijken of je niet te zwaar weegt voor de ingeschreven klasse. Ben je te zwaar, dan word je doorgeschoven naar de volgende categorie (soms moet je hiervoor extra geld betalen) of kun je niet meer meedoen.

Na de weging kun je het beste meteen ergens rustig gaan zitten om iets te eten (niet te veel). Het duurt namelijk nog even voordat je de mat op moet. Het liefst eet je iets gezonds met koolhydraten, zoals een boterham of een krentenbol en drink altijd in kleine hoeveelheden.

 

Na het eten ga je samen met je clubgenoten een warming-up doen. Op de mat rustig rondjes lopen en wat worpen inzetten bij elkaar en wat stoeien op de grond. Misschien nog wel even een voorzichtige oefenwedstrijdje. In de zaal hoor je vanzelf wanneer je aan de beurt bent. Je naam of gewichtsklasse wordt namelijk altijd omgeroepen. Dus goed opletten! Bij de wedstrijdtafel lever je eventueel je weegkaart in, zodat ze daar weten dat jij er bent.

 

Ben je een meisje?
Meisjes dragen een wit T-shirt zonder opdruk onder het judopak. Judoka's met lang haar moeten hun nek vrij maken van haar. Dat betekent een hoge staart, een knotje of. i.d. Het haar moet bevestigd zijn met een elastiekje zonder metalen onderdelen.

Ben je een jongen?
Dan draag je geen T-shirt (ook geen hemd) onder het judopak. Dus gewoon een blote bast onder je judojas. Judoka's met lang haar moeten hun nek vrij maken van haar. Dat betekent een hoge staart, een knotje of. i.d. Het haar moet bevestigd zijn met een elastiekje zonder metalen onderdelen.

Als je van de mat af bent draag je slippers of sportschoenen. Op de mat sta je altijd met blote voeten of sokken als je je warming-up doet.

De eerste wedstrijd: (en de voorbereiding)
Je gaat samen met de anderen op de bank zitten en wacht tot je wordt omgeroepen door de mensen achter de wedstrijdtafel. Hoor je jouw naam nu als eerst? Dan mag jij de witte band om. Je tegenstander draagt de rode band.
Ga als je bent opgeroepen gelijk staan naast de mat/tafel en maak je spieren los. Je hebt misschien wel 20 minuten of meer moeten wachten en dan ben je helemaal stijf en suf. En de coach ziet dan ook gelijk dat jij moet judoën.
Als de wedstrijd echt gaat beginnen ga je aan de rand van de mat staan. De scheidsrechter geeft aan wanneer je verder de mat op mag. Loop altijd achter de hoekscheidsrechter langs als deze aanwezig zijn.
Je groet de mat, loopt tot het streepje, en groet naar je tegenstander.

Wat betekent ....
Met HAJIME geeft de scheidsrechter aan dat je mag beginnen en dat je wedstrijd tijd start. Bij MATTE wordt de tijd stop gezet en moet je altijd loslaten en weer bij het streepje gaan staan. Als de scheidsrechter zijn armen voor zijn buik kruist moet jij je pak in orde brengen.

Met SOREMADE is de tijd afgelopen en kun je op het scorebord zien wie er heeft gewonnen.
Meestal gooien de mensen achter de tafel dan een zakje op de mat. Je gaat weer netjes bij je streepje staan en maakt je kleding in orde. De scheidsrechter/begeleider wijst nu de winnaar aan. Je buigt en geeft de tegenstander een hand. Wie gewonnen heeft pakt het zakje op. Je loopt achteruit de mat af en bij de rode rand groet je nog eens. Als er hoek scheidsrechters zijn moet je achter ze langs lopen. De winnaar geeft het zakje af aan de jurytafel en noemt zijn/haar/hun naam. Geef ook gelijk je wedstrijd band terug als deze niet van jou is.

1. je tegenstander te werpen (b.v. met een heup, schouder- of beenworp)
2. als je je tegenstander in volle vaart plat op zijn rug gooit, is het een IPPON en is de wedstrijd meteen afgelopen
3. als hij net niet vol op zijn rug komt of op zijn zij dan is het een WAZA-ARI (2x een waza-ari is ook een ippon) na de 2e waza-ari is de wedstrijd ook gelijk afgelopen.
    

Waza-ari  = 7 punten

Ippon = 10 punten

De punten in een wedstrijd worden niet bij elkaar opgeteld. De hoogste score telt. Bij een IPPON is de wedstrijd afgelopen. Twee WAZA-ARI’s staan gelijk aan één ippon. Na een mooie worp, ook al denk je dat het wel eens ippon zou kunnen zijn, moet je altijd verder gaan met een houdgreep.
Misschien vindt de scheidsrechter het helemaal geen ippon …. en dan heb jij maar mooi alvast een houdgreep!
Dus pas stoppen als je MATTE hoort!

*Dit bovenstaande geldt niet bij een randori toernooien (zie website, wedstrijden)

De houdgreep telt niet als je tussen de benen van een ander zit of benen jouw benen zijn opgesloten door de benen van de ander. 
Als je een houdgreep vast hebt roept de scheidsrechter: “OSAE-KOMI” en als de houdgreep verbroken is roept de scheidsrechter: “TOKETA“.
Als je een houdgreep hebt moet je deze voor 20 seconden vasthouden, dan heb je gewonnen! De scheidsrechter roept IPPON. Als het je niet lukt om je tegenstander 20 seconden vast te houden krijg je vanaf 10 seconden een WAZA-ARI, maar gaat de wedstrijd wel gewoon door.

Straffen
Bij beginnende judoka's wordt er altijd is geprobeerd te waarschuwen voordat er een straf wordt gegeven.

Voorbeelden van overtredingen die leiden tot een SHIDO (-3):

• passief judoën
• schijnaanval maken
• vingers van de ander naar achteren buigen om greep te verbreken
• achteruit van de mat aflopen

Voorbeelden van overtredingen die leiden tot een HANSOKU-MAKE (wedstrijd afgelopen):

• een tegenstander die op de mat ligt optillen, om hem daarna weer op de mat te werpen
• tijdens de wedstrijd onnodig roepen, opmerkingen of gebaren maken, met de bedoeling de tegenstander of de scheidsrechter te kleineren
• met het hoofd naar de mat “duiken” als je een heupworp inzet (zo kun je jezelf ernstig verwonden)
• een handeling verrichten die de tegenstander kan verwonden aan de hals- of nekwervels of handelingen die in strijd zijn met de geest van de judosport.

Spanning

Je eerste wedstrijd is natuurlijk spannend. Papa en/of mama zitten op de tribune en jij bent bij de coach en de andere judoka’s in de zaal. De coach zal je zoveel mogelijk helpen, want misschien vergeet je in de drukte wel wat. 
Je eerste wedstrijdjes zijn er vooral om te leren hoe het allemaal hoort. Als er iets fout gaat is dat helemaal niet erg. De scheidsrechter is er om je te helpen als je iets niet begrijpt.
En bedenk: 'Meedoen met een wedstrijd is veel belangrijker dan winnen'. Winnen komt vanzelf als je goed leert judoën door serieus te trainen en regelmatig aan wedstrijden mee te doen. Het allerbelangrijkste is natuurlijk dat je plezier in judo hebt.

Coachen
Op elk toernooi is er een coach van Erik Verlaan Sport aanwezig. Het kan zijn dat de coach niet bij iedere wedstrijd aanwezig kan zijn, omdat er soms meer kinderen tegelijkertijd judoën. Op dat moment moet je het even zelf doen. Ouders mogen niet coachen, positief aanmoedigen mag natuurlijk altijd. 

De rol van de ouder voor/na de wedstrijd
Meedoen is belangrijker dan winnen. Het proces is belangrijker dan het resultaat. Een aantal vragen die je kunt stellen na afloop zijn bijvoorbeeld:
- Heb je lekker gejudood?
- Vond je het leuk om meedoen?
- Wat was je leukste wedstrijd? 
Daarnaast kun je positieve dingen benoemen die je hebt gezien, bijvoorbeeld:

• Ik zag dat je je best deed.
• Ik zag dat je pijn had, maar toch netjes hebt gegroet aan het eind van de wedstrijd.
• Ik zag dat je iemand in de houdgreep had.
• Ik zag dat je uit de houdgreep kwam.

Dus (liever) niet: 

• Heb je gewonnen?
• Of jammer dat je verloren hebt.

Richten op positief gedrag, zorgt er voor dat het judoplezier voorop staat en dat is belangrijk voor kinderen.
 

Als je een prijs hebt gewonnen wacht je op de prijsuitreiking (soms duurt dit best lang). Je gewichtsklasse, leeftijdsklasse en de andere prijswinnaars in jouw categorie worden omgeroepen en jij mag plaatsnemen op het podium in judopak.

Na de wedstrijd

Eventuele vragen kun je altijd stellen, aan je leraar, coach of natuurlijk mailen naar: info@erikverlaansport.nl
 

Speciaal voor jullie hebben we veel namen en termen ook in het Japans toegevoegd. Hierdoor begrijpen jullie steeds beter wat de scheidsrechters en leraren bedoelen.